Meer inzicht door nieuwe wetgeving donorregistratie

14 april 2025

De nieuwe Wet donorgegevens kunstmatige bevruchting (Wdkb), die sinds 1 april 2025 van kracht is, zorgt voor landelijke registratie en betere informatie over het gebruik van sperma- en eiceldonoren. Voor het eerst ontstaat daarmee een compleet beeld van hoe donorzaad de afgelopen decennia is ingezet.

Uit de landelijke registratie blijkt dat donoren in de meeste gevallen binnen de afgesproken grens zijn ingezet. De gegevens die binnenkort worden gepubliceerd, zullen laten zien dat het beleid zoals dat in richtlijnen stond niet altijd goed is gevolgd en dat het eerdere maximum van 25 kinderen per donor in sommige gevallen is overschreden.

Tot 2018 gold als richtlijn een maximum van 25 kinderen per donor. Sinds 2018 is dit aangescherpt naar een maximum van 12 gezinnen per donor. De nieuwe wet verandert niets aan dit aantal, maar maakt het dankzij een verplicht registratiesysteem met unieke moedercodes per donor wél mogelijk om deze grens landelijk en structureel te bewaken. Dit systeem wordt beheerd door het College donorgegevens kunstmatige bevruchting (Cdkb).

De NVOG heeft zich de afgelopen jaren ingezet voor betere registratie en ziet deze wetswijziging als een belangrijke stap richting meer zorgvuldigheid en transparantie.

Samen met vertegenwoordigers van de beroepsgroep, VWS, het Cdbk en FIOM is gewerkt aan een passende communicatiestrategie voor cliënten, donoren en donorkinderen. Daarbij staat voorop dat iedereen die daar behoefte aan heeft, duidelijkheid krijgt over zijn of haar situatie.

Informatie over uw persoonlijke situatie
Mocht u informatie willen hebben over uw eigen donor, kijk dan op de website van de kliniek waar u destijds bent behandeld zodat u de juiste informatie krijgt. U krijgt dan te horen of uw donor meer dan 25 nakomelingen heeft en hoeveel nakomelingen er zijn geregistreerd. Houdt u er wel rekening mee dat de aantallen gebaseerd zijn op de gegevens zoals die op dit moment bij het Cdkb geregistreerd zijn. Er kunnen nog behandelingen plaatsvinden met het sperma van een donor als het maximumaantal van 12 vrouwen per donor op dit moment nog niet is bereikt. Voor behandelingen van vóór 2004 geldt juist dat niet zeker is of alle behandelingen bij het Cdkb geregistreerd zijn omdat de Wet donorgegeven kunstmatige bevruchting toen nog niet bestond.

Mocht u als donor informatie willen hebben over uw donorschap en het aantal nakomelingen, kijk op de website van de kliniek waar u destijds bent behandeld zodat u de juiste informatie krijgt. U krijgt te horen hoeveel nakomelingen er zijn geregistreerd in de kliniek. Houdt u er wel rekening mee dat de aantallen gebaseerd zijn op de gegevens zoals die op dit moment bij Cdkb geregistreerd zijn. Er kunnen nog behandelingen plaatsvinden met het sperma van een donor als het maximumaantal van 12 vrouwen per donor op dit moment nog niet is bereikt. Voor behandelingen van vóór 2004 geldt juist dat niet zeker is of alle behandelingen bij Cdkb geregistreerd zijn omdat de Wet donorgegeven kunstmatige bevruchting toen nog niet bestond.

Donorkinderen ouder dan 16 jaar kunnen bij het Cdkb opvragen hoeveel halfbroers en halfzussen zij hebben. Donorkinderen jonger dan 16 jaar kunnen samen met hun moeder terecht op de website van de kliniek waar de behandeling heeft plaatsgevonden.

Redenen van de overschrijdingen van de richtlijn
Er zijn verschillende redenen waarom er overschrijdingen zijn geweest:

  • Het kan zijn dat een donor reeds 25 nakomelingen had, maar een vrouw nog een tweede of derde kind van dezelfde donor wilde. Vaak kwamen klinieken, met het oog op gezinsvorming, tegemoet aan deze wens van de vrouwen.
  • Indien het gedoneerde sperma gebruikt was voor een IVF/ICSI-behandeling werden embryo’s zo nodig opgeslagen. Omdat de vrouw zeggenschap heeft over deze embryo’s werden deze embryo’s later in de tijd voor een tweede of derde kind gebruikt zonder rekening te houden met het aantal nakomelingen dat betreffende donor al had.
  • Het aantal zwangerschappen dat door klinieken is geregistreerd komt niet per definitie overeen met het aantal geboren kinderen: als een zwangerschap resulteerde in een miskraam of stilgeboorte is deze niet altijd verwijderd uit het systeem. Daarbij is het mogelijk dat uit één geregistreerde zwangerschap meer dan één kind is ontstaan (meerling).
  • Er is in het verleden tussen klinieken uitwisseling geweest van gedoneerd sperma. Redenen konden zijn: verhuizing van de vrouw, second opinion elders of uitwisseling tussen spermabanken. Er was geen uitwisseling van de gegevens van de behandelingen in de betreffende klinieken, mogelijk in verband met privacy.
  • Daarnaast is uit het aangepaste registratiesysteem naar voren gekomen dat er donoren waren die in meerdere klinieken actief waren zonder dat de klinieken daarvan op de hoogte waren. Het was destijds voor klinieken niet mogelijk om bij elkaar na te vragen of een donor op meer plaatsen had gedoneerd vanwege privacy bescherming van de donor. In sommige gevallen was dit al eerder bekend en zijn klinieken ook gestopt met het gebruik van deze donor.

Fiom kan u ondersteunen
Het nieuws over een groot aantal halfbroers en -zussen kan invloed hebben op uw kind, op u als ouder en op uw gezin. Op de website van Fiom, expertisecentrum op het gebied van verwantschapsvragen, staan handreikingen om hiermee om te gaan. Bij Fiom kunt u ook terecht voor kortdurende ondersteuning.

Ook op de website van het Landelijk informatiepunt donorconceptie (LIDC) is informatie over dit onderwerp te vinden: www.donorconceptie.nl

Specifiek zoeken?